Kenau

Periode c - Blauw


Primaire gegevens

Auteur: Tessa de Loo
Titel:  Kenau
Plaats van uitgave: 
Uitgeverij:
Arbeiderspers
Jaar van uitgave:
2013

Samenvatting

Deel I
Het is december 1572 in Haarlem. Aan de deur van het huis van de relatief jonge weduwe Kenau Hasselaar (46) wordt geklopt door  familielid Claes die uit Naarden is ontsnapt. Hij is vrijwel bevroren vanwege de ijzige kou. Hij vertelt dat Naarden door de Spanjaarden is gevallen en dat de overgave gruwelijk is verlopen. Hij voorspelt dat Haarlem de volgende stad is die zal worden veroverd. Er zijn teveel mensen in die stad die het Roomse geloof hebben afgezworen. Kenau schrikt ervan en licht de stadsbestuurders in. Ze levert ook hout aan de stad om de wallen te versterken.

Kenau heeft twee dochters Geertruide en Cathelijne van twee verschillende vaders. Beiden zijn al overleden. In Haarlem zijn veel protestanten en ook Geertruide voelt zich tot die godsdienst aangetrokken o.a. omdat ze met de zoon van de zoon van de gouverneur Ripperda, Focko, verkeert, die verliefd op haar is. Kenau vindt dat niet leuk. Haar oudste dochter Cathelijne blijft Rooms-Katholiek net als Kenau. Beiden zijn echter wel verdraagzaam ten op zichte van andersdenkenden. Er gaat een delegatie van het stadsbestuur naar Don Frederik, de Spaanse zoon van de Hertog van Alva, die de belegering van de stad zal leiden. Maar ze zijn eigenlijk niet goed bezig en willen in feit de stad overdragen voor geld en hun eigen familieleden besparen dat ze ellende zullen ervaren. Als Kenau dat verraad hoort van de minnares van Duyff (Magdalena) brengt ze Duyff aan bij  Ripperda.
Geertruide maakt haar zusje Cathelijne ’s nachts wakker om te zeggen dat ze beelden in de Rooms-Katholieke kerk zal gaan neerhalen. Haar zusje mag het niet verklappen, maar de volgende dag zijn Geertruide en andere beeldenstormers al opgepakt en niet veel later naar Amsterdam gebracht. Kenau gaat met Ripperda, Cathelijne en Claes ook naar Amsterdam, maar kan niets meer uitrichten. Uit woede heeft ze samen met Ripperda het Mariabeeld in de St-Bavo naar beneden gehaald.

Via een snelrechtprocedure worden de beeldenstormers tot de brandstapel veroordeeld. Kenau ziet met ontsteltenis dat haar dochter omkomt. Het is meteen einde deel I. Don Frederik die het ook allemaal persoonlijk aanschouwt, vindt het wel zonde van het mooie meisje. Hij houdt wel van zo’n fraaie oorlogsbuit.

Deel II
Kenau zit vol haatgevoelens voor de Spanjaarden en ook de relatie met Cathelijne is slecht geworden. Die had Geertruide moeten behoeden voor wat ze van plan was. Intussen komen er veel vluchtelingen en huursoldaten de stad binnen die ze onderdak moeten verschaffen. Kenau heeft wel plaats op de scheepswerf die ze beheert.

De berichten over de aanvallen op de stad worden steeds sterker. Kenau krijgt informatie van een Waalse huurling en ze wil een vrouwenleger op de been brengen. Ze verdedigen de stadswallen met pek, olie en puin dat ze naar beneden storten op de Spaanse aanvallers van wie ze er veel sneuvelen. Dat is tot grote ergernis van Don Frederik, de Spaanse legeraanvoerder, die bovendien seksverslaafd lijkt. Hij heeft Alda, een Nederlandse seksslavin, meegenomen uit Zutphen.
Ripperda in Haarlem is echter trots op Kenau en is eigenlijk ook wel verliefd op haar. Maar ze laat hem niet in haar hart toe. Er zijn belangrijkere dingen.  Dan wordt Alda, de hoer van Don Frederik, in de stad aangetroffen. Zij zoekt contact met Kenau die haar verder helpt, maar ’s nachts doet Alda een poging Kenau te vermoorden, in opdracht van Don Frederik. Kenau staat zoals altijd haar mannetje en wordt geholpen door Magdalena die Alda doodt met een koekenpan. De relatie met Cathelijne is nog steeds erg slecht: ze haat haar dochter, ook al omdat ze met de Waalse huurling Dominique vrijt.

Er komt veel honger voor in de stad. Kenau organiseert 25 vrouwen die een voedseltransport van de Spanjaarden onderscheppen. Kenau is daardoor weer de heldin van de stad. Ze krijgt opnieuw complimenten van Ripperda, maar de strijd tegen de Spanjolen houdt niet op. Over en weer worden gruwelijkheden gepleegd (mensen om niets opgehangen)  Zo is Don Frederik erg boos, omdat de stad niet veroverd kan worden en zijn minnares vermoord is.

Deel III
Het beleg van Haarlem  duurt al maanden en in mei 1973 biedt Kenau zich aan om met de polsstok de stad te verlaten en achter de Spaanse linies te duiken om contact met de Nederlandse vloot te hebben. Ook dat lukt haar. Ze verzint bovendien een nieuwe truc om de Spaanse troepen via mooie, verleidelijke vrouwen te lokken (Sirenen Motief) om die zo te doden. Maar het loopt anders. Er komt een nieuwe lading soldaten achter de eerste groep soldaten die haar meenemen naar Don Frederik. Die vertelt haar dat hij haar eerst een geweldig seksueel genot zal bezorgen om haar daarna te doden. Hij gaat seksueel woest te keer, maar Kenau geeft geen kik en als hij doodmoe in slaap valt, weet ze te ontsnappen. 

Ze voelt zich vies en bezoedeld. Ze licht alleen Magdalena in en die vertelt alles van de verkrachting aan Cathelijne. Eindelijk storten moeder en dochter zich in elkaars armen. Kenau accepteert nu ook de geliefde van Cathelijne. Ze verbergt Dominique voor de Spaande vijand in een ruimte op haar werf.

In mei 1973 wordt het beleg bijna niet meer vol te houden: er is veel honger in de stad en over en weer zijn er weer gruwelijke wraakacties. Ripperda komt met een voorstel de stad met veel mensen te verlaten maar Kenau weigert. Dat zal hun dood worden. De mislukte aanval van de prins van Oranje (de postduiven worden onderschept door de Spanjaarden) brengt de stad uiteindelijk op de knieën. De bestuurders gaan akkoord met een overgave oorstel van Don Frederik, maar als de Spanjaarden de stad eenmaal innemen, zijn ze ongenadig wreed. Iedereen die de laatste maanden verzet heeft gepleegd, wordt opgepakt en opgehangen of onthoofd. Als de beulen moe van de executies worden, worden de andere veroordeelden verdronken. Natuurlijk is ook Kenau opgepakt en zij wordt met een boot naar de rivier gebracht om te worden verdronken. Men ging ervan uit dat niemand in die tijd kon zwemmen.

Ze blijft echter alleen over als ze in de rivier wordt gedumpt. Haar vader had haar vroeger leren zwemmen en ze ontkomt nu op deze manier aan een zekere dood.

Verdieping

Tijdverloop en decor

Tijd en decor zijn in deze historische roman gemakkelijk te plaatsen, maar dat is natuurlijk ook logisch als je naar het genre kijkt. Het verhaal begint eind november 1572, wanneer het extreem koud is en het beleg van de stad Haarlem door de Spanjaarden wordt aangekondigd. Het beleg van de stad  duurt de hele winter door, totdat in juli 1573 de Spanjaarden de stad op gruwelijke wijze bezetten.

Het decor is eigenlijk alleen maar de stad Haarlem en de directe omgeving ervan. Dat maakt de roman natuurlijk ook wat beklemmender. De personages zitten als het ware opgesloten in de stad.

Vertelwijze

Het perspectief is dat van de onzichtbare alwetende verteller die meestal de gebeurtenissen vanuit Kenau Hasselaar vertelt, maar ook enkele keren in het personage Don Frederik plaatsneemt.

Thema

Oorlog: algemeen
In Nederland verschijnen veel boeken over de Tweede Wereldoorlog. Romans over de tachtigjarige oorlog komen niet zo veel voor, overigens wat vaker in jeugdliteratuur. Kenau Hasselaer is echter een bekend historisch personage. Haar heroïsche strijd tegen de Spanjaarden tijdens het beleg van Haarlem is het thema van deze roman. De gruwelijkheden die over en weer werden uitgewisseld komen in dit oorlogsverhaal terug. De onthoofdingen en brandstapel doden aan de ene kant tegenover het met hete pek en olie bestoken van de vijand als die de stad wil innemen. Ook de verkrachtingen van vrouwen in oorlogstijd spelen een rol. De roman geeft een mooi maar fictief beeld van de strijd om Haarlem in 1572.

Verkrachting/seksualiteit
Het is oorlogstijd en in zo’n periode nemen mannen het meestal niet zo nauw met de zeden. Verkrachting en oorlog gaan vaak samen. Don Frederik is zo’n heerser die vrouwen als tijdverdrijf ziet. Bij het beleg van Zutphen heeft hij Alda buitgemaakt die hem daarna als seksslavin is gevolgd. Als hij teveel tegenstand van Kenau ondervindt, laat hij haar bij zich brengen. Hij verkracht haar eerst voordat hij wil vermoorden, maar door de wilde seks valt hij in slaap en daardoor kan zijn ontsnappen. Met het Spaanse leger mee trekken vele hoeren om de mannen ontspanning te gunnen, maar op een bepaald moment krijgen die een geslachtszieke, wat de moraal van de soldaten niet beter maakt.

Moeizame liefdesrelaties
In de roman komen enkele liefdesrelaties voor. Geertruide heeft verkering met Focko Ripperda. Ze willen beiden protestant worden en gaan daarom beelden neerhalen. De hun opgelegde straf is erg zwaar en beiden komen om op de brandstapel in Amsterdam. Cathelijne heeft een oogje op de Waalse huurling Dominique. Haar moeder vindt dit niet zo leuk, maar uiteindelijk mag ze toch met hem omgaan. Omdat hij gevaar loopt, bieden ze hem een onderduikadres aan. Kenau zelf is een aantrekkelijk, jonge weduwe. In de strijd om de stad verdient ze aandacht van de gouverneur Ripperda. Hij ziet in haar een heldin en wil wel een relatie met haar beginnen, maar Kenau gunt zichzelf geen nieuwe liefde, terwijl ze wel warme gevoelens voor hem heeft.

Wraak 
Kenau Hasselaer bindt vooral de strijd aan tegen de Spanjolen, omdat die de oorzaak zijn van de dood van haar jongste dochter Geertruide, die ‘s nachts betrapt is op het neerhalen van beelden. Ze wordt binnen een paar dagen op de brandstapel gezet en dat is de aanleiding om de Spanjaarden te bestrijden.

Geloof
In de Tachtigjarige oorlog was één de tegenstellingen Rooms-Katholiek geloof tegenover het protestantse geloof. Dat loopt in de roman ook dwars door de relaties heen. Geertruide is van plan zich te laten bekeren, mede onder invloed van haar vriend Focko Ripperda, die eveneens protestant is. De Spanjaarden zijn natuurlijk Rooms-Katholiek en ze gaan o.a. om die reden de stad Haarlem proberen te veroveren. Amsterdam is in die periode nog volop Rooms-Katholiek, wat ook betekent dat Geertruide weinig kans maakt op een eerlijk proces. Beeldenstormers krijgen de brandstapel.

Haat
De haat van Kenau gaat niet alleen uit naar Don Frederik, maar ook naar haar dochter Cathelijne die verzuimd heeft haar jongste stiefzuster tegen te houden, toen ze haar had verteld dat ze beelden ging vernielen. De haat van Kenau openbaart zich ook al wanneer ze het Mariabeeld in de St. Bavo neerhaalt.

Moeder-dochterrelatie 
In deze roman wordt dus ook over een moeder-dochterverhouding verteld. Kenau kon altijd al wat beter opschieten met Geertruide. Maar ze was het niet eens met de protestante visie die ze kreeg. Toch neemt ze haar andere dochter Cathelijne kwalijk dat ze haar stiefzus niet heeft tegen gehouden. Een paar maanden lang is de verhouding wederzijds erg slecht: er wordt duidelijk in de tekst gesproken over haat. Het zint Kenau bovendien niet dat Cathelijne met een Waalse huurling vrijt. Het komt pas goed als ze zelf verkracht wordt door Don Frederik en Cathelijne die dat hoort, dat het moment vindt om vrede te sluiten.

Vrouwenproblematiek
Kenau Hasselaer staat eigenlijk symbool in de Nederlandse samenleving voor de vrouw die moedig is in moeilijke perioden. Zij is de Hannie Schaft van de Tachtigjarige oorlog. Ook al omdat ze weduwe is en beheerder van een scheepswerf, komt ze erg vastberaden en mannelijk over. Ze is erg dapper en je zou haar als een van de eerste feministen kunnen beschouwen.

Personages 

Kenau
Kenau is een jonge weduwe (46 jaar). Ze heeft twee mannen verloren als de roman begint en uit beide huwelijken heeft ze een dochter. De verhouding met Geertruide is beter dan die met Cathelijne. Toch is juist Geertruide een afvallige in het geloof. Kenau neemt de touwtjes in handen op de scheepswerf die haar echtgenoot haar heeft nagelaten. Ze is een hard werkende zakenvrouw en is ook hard in de onderhandelingen. Ze treedt voortvarend op als haar neef Claes uit Naarden diepgevroren arriveert. In de strijd met de Spanjaarden staat ze haar mannetje letterlijk en figuurlijk. Ze weet enkele honderden vrouwen te mobiliseren in de strijd tegen de Spanjaarden en ze gaat zelf de barricaden op. Gouverneur Ripperda ziet haar als een heldin. Zelf denkt ze dat ze alleen maar haar plicht doet. Ze heeft in de oorlogstijd geen zin meer in een nieuwe liefdesrelatie o.a. met Ripperda. Ze gunt zich daarvoor geen tijd. Ze is eerst overtuigd Rooms-Katholiek en gaat niet over naar het protestante geloof. Als Geertruide wordt opgepakt, haalt ze wel uit woede en wraak het Mariabeeld in de St. Bavo naar beneden. Omdat ze Cathelijne o.a. de schuld geeft van de dood van Geertruide, haat ze die dochter enige tijd. Het komt pas goed als Cathelijne van de verkrachting door Don Frederik hoort. Ze doorstaat die verkrachting overigens heldhaftig en laat Don Frederik niet het optimale genot uit zijn seksprestatie halen. Ze blijft een heldin die ook op sportief haar mannetje staat: ze kan polsstokspringen en zwemmen. Die laatste vaardigheid wordt haar redding. Als de Spanjaarden een poging doen haar te verdrinken, kan ze ontsnappen, omdat ze van haar vader vroeger moest leren zwemmen.

Cathelijne
Cathelijne is de oudste dochter van Kenau uit haar eerste huwelijk. Ze kan het niet zo goed met haar moeder vinden, omdat die haar tweede dochter Geertruide uit haar tweede huwelijk lijkt voor te trekken. Toch blijft Cathelijne trouw aan het geloof van haar ouders, terwijl Geertruide een andere richting opgaat. Haar moeder neemt flink afstand van Cathelijne als ze verzuimt haar halfzus tegen te houden als die beelden wil gaan vernielen. Kenau vindt dat ze haar had moeten tegenhouden. Er komt dan een periode van wederzijdse haat. Toch wil Cathelijne meevechten tegen de Spanjaarden, wat haar moeder haar verbiedt. Ze wordt ook nog verliefd op een Waalse huursoldaat Dominique, maar laat zich niet meteen in bed trekken. Wat dat betreft, is ze erg serieus. Ze kan pas weer begrip voor haar moeder opbrengen als ze beseft hoe menslievend die is om naar Don Frederik te gaan en de inwoners van Haarlem te sparen. Na de verkrachting van haar moeder kunnen ze weer door één deur. Haar moeder accepteert daarna ook de Waalse vriend en dan gaat het meteen aan beide kanten een stuk beter.

Titel en motto

De titel is Kenau, naar de hoofd persoon. Het boek heeft geen motto

Keuze opdracht

Gedicht

Strijdlied Kenau

Wij vrouwen kunnen ook wat bereiken
wat mannen kunnen, kunnen wij ook
sta op en zit niet zo te zeiken.
Kom op, we brengen water aan de kook.

Om op onze vijanden te gooien
want wij vechten mee voor onze mooie stad
Hup, opstand! Net als in Troje!
Tot hun hele leger uiteen spat!